Svenja31.reismee.nl

Hakuna Matata

Nog maar een kleine week te gaan, dan verlaat ik het prachtige Tanzania weer. Veel gezien, veel gedaan en vele indrukken opgedaan. Een prachtige ervaring. Om in te leven én om in mee te doen in een andere cultuur, een cultuur met andere gewoontes en andere normen en waarden.
Het gestreste leven dat alles snel moet, kent men hier niet. Zorgen om hoe je er bij loopt hoeft ook niet. En de beleefdheid die hier heerst, vreemde die hier elkaar op straat begroeten, wat in Europa ook ver te zoeken is.

Op het project zijn we nog steeds volop met de bijlessen bezig, en dit gaat moeizaam. Het is moeilijk om bij de kinderen door te dringen hoe je nou bijvoorbeeld een simpele som moet optellen. Tellen, dat weten ze, maar als ze twee cijfers optellen, wordt eerst elke cijfer ontleed met de aantal streepjes. Vervolgens worden alle streepjes die ze hebben gezet bij elkaar worden geteld. Dan is nog de vraag of ze het goed doen en niet iets vergeten. En de streepjes zetten, doen ze niet netjes naast de sommen, de streepjes versieren het volledige papier waardoor het chaotisch en onoverzichtelijk wordt en de fouten snel gemaakt worden.
De logica dat je één bij een zeven optelt waarbij je gelijk weet dat dit acht is, is er dus niet. De logica wordt in de klassen niet aangeleerd en zelf de oudere leerlingen doen het nog op de streepjes manier. Dan mag het ook nog vaak voorkomen dat de leraren ineens een vergadering hebben, waar dus de kinderen in de klaslokalen worden achtergelaten, zonder leraar. Weg aandacht, weg uitleg.
Toch blijven we dagelijks bezig met dezelfde kinderen, in de hoop dat het voor hun wat gaat veranderen.

Afgelopen weekend was het eindelijk zover, tijd voor weer een safari! De eerste dag doorgebracht in het Tarangire National Park. Gelukkig over het algemeen zonnig en mooi weer, maar met af en toe een flinke regenbui, want het is nou eenmaal het tropisch regenseizoen. Misschien is het een nadeel en als je pech heb, dat het de hele dag kan regenen, maar het voordeel is dan weer dat de natuur prachtig groen is. Tarangire National Park is een groter park dan Arusha National Park en hier is dan ook een mogelijkheid om een deel van de big 5 te vinden. Zo hebben we de leeuwen kunnen zien, waarvan ook de mannelijke leeuwen én de olifanten. Zo bij elkaar hebben we er dus drie kunnen spotten. Verder bestaat het park uit vele andere dieren, veel natuur in een ontzettende grote oppervlakte. Na een spannende overnachting in een tent op een camp site richting Lake Manyara zijn we de volgende dag vroeg weggegaan om naar de Ngorongoro Crater te gaan. Een rit in de rand van de krater op een flinke hoogte in de mist en zo een uitzicht van boven af de krater met prachtig groen en met prachtig weer. Dit uitzicht is natuurlijk vastgelegd op camera, maar zelfs de beste camera’s kunnen niet laten zien hoe mooi dit uitzicht in werkelijkheid was. Ik heb dus nog nooit zoiets moois gezien. Vanuit de rand kan je naar beneden rijden om zo in kilometers onvoorstelbare grote oppervlakte rond te rijden in de natuur en tussen héél veel wilde dieren. In het park wordt je overspoelt met zebra’s, gnoes en antilopen en met hier en daar een leeuw, hyena, nijlpaard en jawel, de nummer vier van de big 5, de neushoorn. We hebben geen leeuw in actie gezien, maar in de verte zagen we wel een paar leeuwen met een prooi, een gnoe. En zo merk je echt dat je niet in een dierentuin zit, maar in de echte wilde natuur waar alle dieren hun vrijheid hebben en dat ze overal zelf voor moeten zorgen.
Op de terugweg hebben we nog een blik mogen werpen op Lake Manyara, dit was ook weer een prachtig uitzicht. In mijn mening niet zo mooi als de Ngorongoro, maar ook dit is niet op camera vast te leggen hoe indrukwekkend dit in het echt is. Deze safari was dan ook meer dan de moeite waard. Helaas niet de luipaard kunnen zien, maar vier van de vijf is al heel wat!

Nu wil ik nog iets vermelden wat ik vanaf het begin stil heb gehouden wat ons de eerste dagen hier ontzettend heeft bezig gehouden. Ik wilde niet mensen onnodig ongerust maken maar er was wel wat gaande hier. Men kan boos worden omdat ik dit niet heb vermeld of niet. Maar ik vond dit zelf beter zo. Ik wilde namelijk niet dat een ander met mij ging bemoeien wat beter zou zijn en ook niet dat er een mening ontstaat ‘omdat het Afrika is’ en puur omdat gewoon heel veel niet weten hoe het hier daadwerkelijk is. Ik wil hier toch een duidelijk punt neerzetten en dan ook met de woorden: ben je hier nog nooit geweest, kan je dus ook niet weten hoe het hier is. Een mening mag je hebben, maar ik vind dat je niet kan oordelen over land of continent waar je ooit een voet op heb gezet. Ik snap best dan men een bepaald beeld heeft, mede door de media die dit zo overbrengt over Afrika. Een groot deel klopt hier ook van, het continent is voor een héél groot deel arm, de bevolking is arm, de bevolking heeft weinig eten en er is niet veel schoon water.
Ook als er iets in een Afrikaans land gaande is, is het gelijk in ieder land in het continent. Neem nou ebola. Hoe vaak ik wel niet heb moeten horen toen ik zei dat ik naar Tanzania ging. ‘Ja, maar daar heb je ebola, dat is toch veel te gevaarlijk!’. Ebola heerste in drie landen, in West-Afrika. En kijk dan even goed na waar Tanzania ligt. Zo zal je zien dat dit helemaal niet logisch klinkt en eigenlijk is de risico op een besmetting in Nederland veel groter is dan Tanzania.
Ook is er naar mijn mening een verkeerd beeld ontstaan dat Afrika een heel onveilig continent is. Ik heb nu in twee jaar tijd, door naar twee verschillende Afrikaanse landen te gaan, gezien dat dit laatste helemaal niet aan de orde is.

Bij mijn aankomst werd er gemeld dat we de eerste dagen het beste niet naar de stad konden gaan. Er was namelijk een dreigement via de United Nations uitgelekt dat er gevaar zou zijn voor een terroristische aanslag vanuit Somalië. Arusha is een centraal punt in Tanzania en een druk bewoonde stad. Terugdenkend aan de gebeurtenissen Kenia, vlak voordat ik wegging, hield dit dus ook ons behoorlijk bezig. Echter een dag later, scheen het slechts een ‘alarm’ te zijn geweest die is uitgelekt naar de lokale bevolking voor Arusha, Dar Es Salem en Moshi. Deze anders steden zijn ook grote steden met veel bevolking en waar een mogelijk aanslag zou kunnen plaats vinden. Er werd ons aangeraden om druk bezochten plekken te vermijden, dit zou een eventuele doelwit kunnen zijn.
Later heb ik zelf op internet gelezen dat het om een ‘verdachte’ situatie ging. Het schijnt dat er vier mannen bewapend naar een college zijn gegaan om een vrouw op te halen, schijnbaar familie. Omdat de bewaking dit verdacht vond, werd de politie ingeschakeld en werden de mannen vervolgens gearresteerd. Hierdoor werd er op social media (yes, lang leve social media) gezet dat er een mogelijke terroristische aanslag dreigde. Deze dreiging werd echter ontkracht en was het slecht een roddel.
Ook is er geen alarm geslagen vanuit ambassades van bijvoorbeeld Amerika en Groot Brittannië. Mocht dit zo zijn geweest, dan was het een ander verhaal en die is dan een stuk serieuzer.
Ik zit hier nu al een paar weken en heb me dus ook totaal niet onveilig gevoeld. Ik heb niks gemerkt dat hier iets zou spelen. Drukke plekken vermijden? Ja wat moet je dan vermijden? Overal lopen er wel mensen op straat en de stad heeft ontzettend veel inwoners.

Nu wordt er gedacht. Ja, Tanzania ligt naast Kenia, er zijn verhalen over aanslagen én het is natuurlijk Afrika.. Denk er dan ook maar bij na met wat er allemaal in de rest van de wereld gaande is. New York, Londen, Madrid en Parijs, deze steden zijn allemaal al doelwit geweest van terroristische aanslagen. De media maakte ons toen ook ongerust. Want hoe veilig is Amsterdam nu? Den Haag? Rotterdam? Of de rest van Nederland? En wij gaan in Nederland, Engeland, Amerika of waar dan ook, ook gewoon onze eigen gang. En het gevaar is niet alleen terroristische aanslagen, want hoe vaak hoor je dat er in Amerika een kaping op een school is of in de supermarkt? Of dat er iemand een mes tussen ribben krijgt midden op straat? En hoe vaak hoor je nou zoiets uit Afrika?
Het is niet te voorspellen en hier dus ook niet.

Omdat er dus anders gedacht wordt, is het dus mijn keuze geweest om het niet gelijk te vermelden. Maar nu doe ik het toch wel, simpelweg omdat ik deze weken heb kunnen laten zien dat alles hier gewoon goed gaat en ook het ‘mooie’ van het land heb kunnen laten zien. Ik hoop zo toch het ‘negatieve’beeld over Afrika bij mijn omgeving weg te halen. Want het is zonde dat er zo’n mening is ontstaan over een prachtig continent, bijzondere cultuur en een geweldige natuurgebied.
Zoals de meeste het van de Lion King kennen en wat hier echt wordt gebruikt: heb geen zorgen, Hakuna Matata.

Living the good life

Na een lange week was het weekend weer in zicht, deze hebben we goed vol kunnen plannen. Zo was er zaterdag een soort van barbecue festival, the Nyama Choma Festival in Arusha. Leuk om dat mee te maken, minder om te eten, want een barbecue in Nederland is toch iets makkelijker voor een vegetariër dan in Tanzania. Al met al was het wel leuk om het mee te maken. Daarvoor zijn we nog naar de lokale markt gegaan, deze hadden we namelijk nog niet gezien. Er was een man van de lokale bevolking met ons mee, om ons te begeleiden en ook om te helpen met afdingen. Aangezien ze de hoofdprijzen vragen als ze blanke zien. Hij hielp ons dus ook met onderhandelen zodat we gewoon voor een normale prijs aan producten konden komen. Ook zijn we een aantal winkels afgegaan voor stoffen, met de bedoeling om later naar een vrouw te kunnen gaan die van die stof bijvoorbeeld een jurk kan maken. Na wat tekeningen en metingen, kunnen we onze jurken volgende week ophalen. Ik ben benieuwd wat het resultaat zal zijn.

Zondagochtend was het zover, tijd om op safari te gaan. Arusha is een stad dat vrij centraal ligt om een safari te staren en op een uur rijden waren we er: Arusha National Park. Eén van de vele parken in Tanzania, liggend naast Mount Meru. Mocht je geluk hebben en het is helder weer, kan je zelfs de Kilimanjaro vanaf hier zien. Echter was deze dag grauw en zat de lucht vol met wolken.. Helaas pindakaas, geen Kilimanjaro voor ons dus.
We zouden een walking safari doen. Letterlijk vertaald, lopend. En dit gingen we dus ook doen. Met hoge verwachtingen om veel dieren te spotten gingen we op pad. Aangekomen op een open vlakte zagen we al buffels staan. Yes! 1 of the big 5, 4 to go! Het is heel grappig om dit dan zo mee te maken, zeker omdat je eigenlijk om een paar meter afstand van de wilde dieren loopt. De dieren merken het natuurlijk ook, dat er iets ‘vreemds’ loopt, maar een aanval komt er gelukkig niet van. Dit doen ze alleen als ze zich bedreigd voelen. Tuurlijk loopt er een ranger mee. Een man die ons begeleid, maar ook als het er een gevaar dreigt het dier neer kan schieten. Na dit zo gezien te hebben, gingen we verder, richting een stuk van de berg. Leuk dachten we, we gaan nog meer dieren spotten als we over de eerste heuvel zijn. Werden we toen even uit onze dromen gehaald.. We zijn de berg dus alleen opgeklommen om een stuk uitzicht te zien. Moet zeggen dat het wel heel mooi is, maar als nog geen Kilimanjaro door de dikke wolken massa. Op de weg terug zijn we nog langs een water val gelopen. Dus een walking safari, leuk, maar alleen buffels gezien en een paar zwijntjes ertussen? Omdat de communicatie in Afrika iets anders is, dachten we dat we na de lunch die we kregen weer richting huis zouden gaan. Gelukkig gingen we nog verder, anders was dit ook wel een hele dure grap, aangezien safari’s goed prijzig zijn. Tijdens de lunch werden we ook nog lastig gevallen. Door aapjes. Het begon er met één, maar langzamerhand kwam de hele familie op bezoek. Door met z’n alle vanuit de bomen te loeren, stiekem dichterbij komen en de hoop dat ze wat eten kunnen pikken. Echter werden ze elke keer weggejaagd door een man die daar rond liep. Niet dat ze snel opgave, ze kwamen gewoon elke keer weer terug.
De safari hebben we dus met de jeep afgemaakt door verder het park in te gaan. En toen waren de wilde dieren er eindelijk: zebra’s, giraffen, verschillende antilopen, nog meer buffels, flamingo’s en nog meer apen in een gigantische omgeving. Prachtig om te zien hoe de dieren echt leven i.p.v. door naar Blijdorp te gaan en te zien dat ze daar maar een ruimte van 10m bij 10m hebben. Ook Safari Park Beekse Bergen is er niks bij.
Al met al was het een leuke eerste safari. Aankomend weekend gaan we twee dagen op pad. Naar het Tarangire National Park, een overnachting bij Lake Manyara en de volgende dag door naar de Ngorongoro Crater. Hier kijk ik nu al naar uit, en wie weet lukt het ons om de Big 5 te spotten!

Ondertussen op de Baraa Primary School zijn we met de echte bijlessen van de kinderen bezig die dit nodig hebben, totaal 17 kinderen. Dit in drie groepen verdeeld gaan we per groep een half uur zitten om alles weer vanaf de basis aan te leren. De basis als 1 + 1, 3 + 2 etc. Ik zie al dat dit meer effect heeft dan in de lessen zelf. De leraren kunnen geen aandacht geven omdat de klassen overvol zijn en de leraren snappen ook niet dat een kind soms wat extra aandacht moet hebben om het echt te begrijpen hoe je nou moet optellen. Zo zag ik van de week ook dat een kind gewoon werd geslagen omdat ze het maar niet wilde begrijpen. Heel zielig, want ze denken dus door ze te slaan, dat ze het dan wel gaan begrijpen. Echter is dit dus niet zo en krijg je dit ook niet zomaar bij de leraren dat dit niet een manier is, zo is de cultuur nou eenmaal hier. Hopelijk met onze bijlessen gaan ze er wel echt wat van leren. Ze vinden het in iedere geval leuk op de manier hoe wij het aanpakken, door ze voor de klas samen een som te maken met aandacht, dit heb ik niet in de lessen zelf gezien. Ik moet zeggen dat ik dit ook heel erg leuk vind om dit te doen en het is ook ontzettend schattig dat de kinderen je ‘teacher’ noemen. De dagen zijn best lang en ook best vermoeiend, zeker vergeleken met de andere vrijwilligers die hier in de lodge zitten, die zijn vaker in de lodge dan op hun project. Maar de tijd vliegt hierdoor helaas ook ontzettend snel voorbij, te snel..

Via deze weg wil ik ook nog degene bedanken die wat spullen gedoneerd hebben en die ik mee heb kunnen nemen naar Tanzania. Baraa Primary School is heel erg blij met de school spulletjes en ze zijn ook heel goed bruikbaar! Dank jullie wel!

Baraa Primary School

Eindelijk was het dan zover, gekomen waarvoor ik kwam, kon in de laatste dag van de week nog een dag naar het project.
Donald, een supervisor hier zou me eigen erheen brengen, omdat ik alleen maandag er heel even was, kan het zijn dat je de verkeerde daladala pakt of verkeerd uitstapt. Ik moest er om 9 en zat al netjes om 8 uur klaar om te vertrekken. Echter was Donald er niet en of die uiteindelijk later nog is gekomen weet ik niet, maar na 15 minuten wachten ben ik maar met de andere Nederlandse meiden op pad gegaan. Zij hebben dezelfde daladala alleen moet ik een paar haltes verder er pas uit. Ik moet zeggen dat voor iemand met totaal geen richtingsgevoel, ben ik bij de juiste halte uitgestapt en het juiste straatje ingegaan en heb ik het in één keer gevonden.

Op me eerste ‘werk’ dag had het in de nacht geregend, waardoor het terrein op de school behoorlijk modderig was. Niet dat kinderen hier echt op letten, die doen gewoon hun ding en lopen met flinke modderpoten rond.
Na een korte rondleiding over het terrein en een uitleg hoe alles in zijn werk gaat heb ik met Sarah, een Britse vrouw die zo’n beetje de touwtjes in handen heeft, een overzicht gemaakt met alles wat er voor mij te doen is. Hier ga ik aankomende week mee aan de slag om te zien wat mij het beste bevalt.

Baraa Primary School is een school met ruim 1.300 kinderen met de voertaal Swahili. De Engels wordt er moeilijk gesproken door de jongere kinderen. Oudere kinderen snappen het al wat beter. Ook zijn er leraren die de Engelse taal niet goed begrijpen, waardoor het communiceren iets moeilijker gaat. Maar dat is dan misschien ook wel weer een uitdaging!
Ondanks dat er westerse invloeden zijn, zijn er nog een hoop dingen die aangepast kunnen worden. Dit is alleen moeilijk om dit door te laten dringen bij de leraren en leiding daar, want die zijn gewoon van Afrikaanse afkomst. Hun punt snap ik ook wel, want het is ook vervelend als er iemand uit een ander land even komt vertellen wat beter kan. Tuurlijk moet er wat veranderd worden, maar onze bedoeling is om ze te helpen en adviezen te geven. Dit komt alleen niet altijd zo bij hun over, dit mede doordat ze de Engelse taal niet goed beheersen.

Zo schijnt het dat weinig ouders maar betalen voor de lunch die de kinderen krijgen. Hier is ook totaal geen overzicht op. Ook wordt er gedacht ‘er zijn blanken, die zijn rijk en die kunnen het dus wel betalen’. Het is heel hard, maar als je niet betaald krijg je ook geen eten en deze kinderen moeten dan ook in de klaslokaal blijven als de lunch wordt uitgegeven. De school kan dit ook namelijk niet blijven financieren, dan kan de school op een gegeven moment ook zijn deuren sluiten. We zijn nu bezig om dit overzichtelijker te maken, en wie niet betaald, krijgt helaas niet totdat er wel betaald wordt. Er moet namelijk 6.000 Tsh per maand betaald worden, omgerekend 3 euro. Er zijn ongeveer 130 kinderen die het wel van de school krijgen, dit omdat ze weten dat ouders het echt niet kunnen betalen of dat de kinderen ziek zijn. Het is bij sommige dus ook het geval dat ze dus de hele dag moeten teren op deze maaltijd.

De kinderen lopen in een uniform en hier aan kan je zien of de ouders geld hebben of niet. Ze krijgen dus ook geen commentaar dat er scheuren of gaten in hun trui of broek zitten. Ook hier financiert de school in. Hebben ze geen geld, dan krijgen ze 1 uniform van de school. Voor andere gezinnen die wel geld hebben moeten dit dus gewoon kopen. En dit moet wel, want de basis onderwijs is in Tanzania verplicht.

Er valt veel hulp aan te bieden in de lessen zelf, vooral in de eerste leerjaren. Zo zitten er ruim 60 tot 90 kinderen in één klaslokaal met maar één leraar. Het overzicht is dan ver te zoeken. Ook de aandacht voor de kinderen die net iets moeilijker leren valt dan weg.
Zo worden er sommen op het bord geschreven die de kinderen moeten overschrijven en uitrekenen. Hier gebruiken ze trouwens geen rekenmachine voor maar simpelweg door zelf meegebrachte dopjes te tellen. Als de kinderen de sommen laten nakijken, kijkt de leraar dit alleen na of het goed of fout is. Omdat de klas zo groot is, is het dus ook onmogelijk om de kinderen goed uit te leggen hoe ze dit moeten doen. Nu is dit een punt dat een vrijwilliger in actie kan komen, door in de klaslokaal te zitten en de fouten met de kinderen door te nemen en uit te leggen. Het gaat met gebarentaal aangezien deze kinderen nauwelijks of geen Engels spreken en alleen maar Swahili. Gelukkig heb ik zelf dan ook wat kunnen leren, namelijk het tellen van 1 tot 0. Met deze ruime woordenschat is het dus mogelijk om de kinderen te helpen met optellen, ook met hun dopjes natuurlijk. Met deze ‘bijles’ ga ik me de aankomende weken iedere ochtend mee bezig houden, mits het weer meezit aangezien het pad bij de lodge met regen niet goed te bewandelen is.
Dit ‘programma’ hebben we ook besproken in een soort meeting met de leraren van de eerste leerjaren en gelukkig waarderen ze dit zeer. Uiteindelijk willen wij proberen om de kinderen ook uit de klaslokaal te nemen om, zodat er echte focus is op de uitleg.

Terugkijkend naar je eigen basisschooltijd, zie je het alweer voor je. Spelen met je klasgenoten in de pauzes, leren in de lessen en dan staat één van je ouders na schooltijd je op te wachten om naar huis te gaan. Kinderen blijven hier na de lessen ‘hangen’. Moeders die na schooltijd lekker beppend met elkaar op het schoolplein op hun kinderen staan te wachten is hier niet. Kinderen gaan vaak zelf naar huis. Lopen, met de daladala of een pixi. Voor deze ‘hangende ‘ kinderen worden naschoolse activiteiten georganiseerd. Dit houdt in dat ze na school nog iets nuttigs kunnen doen. Zo kunnen ze een paar dagen in de week bijvoorbeeld sporten, knutselen of dansen. Sporten wordt door een leraar uitgevoerd, maar de hulp van een vrijwilliger is altijd welkom.
Knutselen doen wij als vrijwilligers twee keer per week. Met het knutselen proberen we kinderen nuttige dingen te laten doen, zodat ze er ook iets van kunnen leren. Zo is me opgevallen dat bijvoorbeeld niet ieder kind goed en recht kan knippen en daar zijn deze lessen dus nuttig voor!
Ook heb ik de dansles mogen bijwonen. Dit vond ik wel héél erg leuk om te zien. Een klaslokaal vol met kinderen als toeschouwers waar vooraan in de klas een Afrikaanse dans (ja ja, de losse heupjes zitten er al vroeg in) wordt opgevoerd met gezang door een klein groepje. Een lerares die op twee trommels slaat en zingt en een andere lerares die met een stok op de tafel slaat om het ritme aan te geven. Deze activiteit maakt je echt ontzettend vrolijk en het is ook nog eens super schattig om te zien!

Naast de bijles ga ik me de aankomende weken ook bezig houden met de sportactiviteiten en het knutselen. Verder valt er ook nog veel administratieve dingen te doen zoals de voorraden van spullen nakijken en controleren, want er schijnen toch wel wat dieven rond te lopen.

Buiten het werk op de school is er in het weekend ook tijd voor andere dingen. Zo af en toe naar een zwembad gaan om lekker in de zon te liggen of lekker de stad in om te lunchen en rond te kijken. Voor aankomend weekend staat er een walking safari op de planning in het Arusha National Park en afgelopen het weekend hebben we nog een tweedaagse safari geboekt voor volgend weekend. Er valt dus genoeg te doen de aankomende tijd dat ik hier zit en wil hier ook volop genieten van dit prachtige land en leuke cultuur!

This is Africa

De dag van vertrek van Zanzibar naar het vaste land had ik goed uitgekozen. Zo heb je 3 dagen mooi weer met temperaturen van rond de 32 graden en zo loop je naar het ontbijt met een flinke regenbui. Een goed moment om verder te gaan met mijn avontuur dus.

Een eerste vlucht van Zanzibar naar Dar es Saleem die maar 30 minuten zou duren, was in werkelijkheid maar 20 minuten waarvan 15 minuten in de lucht. De tweede vlucht was van Dar es Saleem naar Arusha, de plek waar ik 4,5 week zal verblijven. Aangekomen op het vliegveld stond er nog niemand op me te wachten om me op te halen. Aangezien ik een stuk vroeger aan kwam omdat het vliegtuig een kwartier eerder vertrok van Dar es Saleem, moest ik even wachten. Bij zo’n vliegveld staan er dan een hoop taxichauffeurs in de hoop dat ze iemand kunnen vervoeren. Na veel vragen van de chauffeurs ‘you want taxi?’ en met afwijzingen ‘No thanks, I’m oke’, kwam die van mij aan. Na een rit door een drukke stad, met een auto die nog vaker afsloeg dan dat ik voor het eerst mocht rijden toen ik mijn rijbewijs had, een omweg om nog een koffer op te halen bij het hotel waar ik de eerste nacht was, eindelijk aangekomen op de plek van bestemming. Een lodge afgelegen van de stad in een drukke straat met veel kleine winkeltjes en een hobbelige steile weg naar boven. In de lodge zijn er een paar kamers met een vaak koude douche die je met 1 of 2 personen deelt. De keuken is een gezamenlijke keuken voor iedereen die in de lodge verblijft. Ontbijt en diner worden doordeweeks verzorgd, het weekend doe je het zelf. Gelukkig bestaat er dan ook een mogelijkheid om pizza te bestellen, waar ze in 20 minuten voor je deur staan.
Als je even mazzel heb, heb je vanuit de lodge een uitzicht op de 2 na grootste berg van Tanzania met een hoogte van 4566 meter, Mount Meru. Mits er geen wolken om de top hangen.

Er zitten hier nog 2 andere Nederlandse meiden en die zitten hier de hele periode dat ik hier ben ook, maar gaan één dag eerder weg. Verder zitten er hier veel Duitser en ik deel ook een kamer met een Duits meisje.
Er zitten hier best veel muggen en tijdens het eten worden je benen ook lek geprikt. Een klamboe is dan eigenlijk best fijn om in te slapen. Gelukkig schijnt het heel erg mee te vallen met de malariamuggen, maar blijf de pillen hiervoor toch wel doorslikken.

Het is hier het tropisch regenseizoen en dat heb ik de eerste dag goed gemerkt. Een grauwe, bewolkte dag met zo’n beetje de hele dag regen. Je gaat dan ook niet makkelijk weg aangezien het pad dan behoorlijk modderig wordt. Echter kan het de volgende dag stralend mooi en warm zijn, gelukkig dit keer ook. Dan neem je het ervan en ga je lekker naar een lodge met een zwembad wat 20 minuten lopen van hier is.
Neem even de hevige regenbuien in Nederland voor je en dan kan hier nog 10 keer zo hard naar beneden komen. Gelukkig geen stormen, want waaien doet het hier niet echt. De ochtend is vaak nog koel en bewolkt is en in de middag rond de 28 graden met een felle warme zon.

Na het weekend ben ik met een begeleider het centrum van Arusha in gegaan om een lokaal telefoonnummer te regelen en internet. Nee, het internet is hier niet snel, maar wat verwacht je dan van 800 MB internet voor één euro per week? Maar goed, het doet het en ben dus eigenlijk dag in en dag uit bereikbaar, gewoon op de whatsapp. Zelf bellen via viber (Ja whatsapp en Iphone wil nog niet) lukt, alhoewel het 20 keer uitvalt omdat het bereik kan wegvallen voor een paar seconde is het toch wel handig dat het kan. En ja, ook gewoon in Afrika.
Na wat belangrijke plekken zoals de supermarkt en de bank te hebben gezien zijn we met de daladala naar het project gegaan. Een daladala is een minibus die plek heeft voor ongeveer 10 personen, maar wordt volgestouwd met meerdere. Dit ritje kost dan ook maar 25 cent. Bij het project heb ik een korte ontmoeting gehad met een paar mensen die er werken en heb ik een papier laten tekenen om een visum aan te vragen. Nou denk je visum, dat heb je toch nodig om het land in te komen? Klopt, die had ik allang, maar ik heb ook een visum nodig om vrijwilligerswerk te kunnen verrichten. Hiervoor moet je je paspoort, dollars, het ondertekend papier pasfoto’s inleveren. Ik wist niet dat er een pasfoto bij moest en heb deze nog laten maken. Zoals iedereen wel weet van mijn passie om op de foto te gaan en omdat ik zo ontzettend fotogeniek ben, zijn ze ontzettend charmant geworden..
Gelukkig heeft het geen problemen gegeven en heb ik het papiertje ondertussen binnen en lijkt het met me foto en het papiertje met de stempels alsof ik net uit de gevangenis kom..
Omdat het een dag duurt voordat je je visum heb en je zonder dit visum echt geen werk mag verrichten op het project (lees: risico op een boete, gevangenisstraf, uitzetting van het land) had ik nog een dag vrij. Het sporten moet ook gewoon bijgehouden worden en dit zij mooie momenten ervoor.
Een wasje draaien doe je hier niet, dit gaat in een teiltje op de hand in koud water, wel met een wasmiddel. Het klinkt misschien vies, maar als je je best doet wordt het goed schoon en ruikt het lekker fris naar wasmiddel.
Ik heb ook de dag kunnen besteden om de stad nog een keer in te gaan, nu met 2 andere vrijwilligers die vroeg klaar waren op hun project. Afgesproken in het centrum moest ik nog wel een klein halfuurtje lopen. Ik ben hier echt niet bang, voel me niet ongemakkelijk maar eerder ontzettend prettig in deze omgeving. Toch wordt je wel snel aangesproken als in je eentje als blank meisje rondloopt. Nee, je wordt hier lastig gevallen en het is zeker niet gevaarlijk om alleen over straat te lopen, zoals de meeste dit beeld hebben van een Afrikaans land. Tuurlijk moet je niet alleen over straat als het donker is, maar dan is een Rotterdam of een Den Haag toch ook niet de beste plek dit te doen? Mensen praten hier gewoon tegen je en sommige bedelen omdat blanken in hun ogen rijk zijn. Ik had het al toen ik één minuut de deur uit was dat een vrouw naar me riep ‘Hey, give me 500’. Wat omgerekend 25 cent is.. Hierop loop je gewoon op door en ze komen je heus niet achterna. Bovendien is Tanzania één van de veiligste landen van Afrika.

In de stad loopt er veel bevolking rond om spullen te verkopen, vooral souvenirs. Van schoenen, shirtjes, sierraden tot schilderijen. En als ze een blanke zien, staan ze gelijk met z’n 10en om je heen in de hoop dat je wat koopt. Ze noemen je ‘my friend’ en ‘’sister’ en stoppen alles in je handen en trekken aan je voor aandacht. Ze vragen omdat je blank en in hun ogen rijk bent hoge prijzen, maar hier kan je hier flink op afdingen en krijg je altijd je zin als je dan gewoon wegloopt.

Omdat ik me visum binnen heb zou ik eigenlijk vandaag naar het project gaan, echter kreeg ik te horen dat de school vandaag en morgen dicht is i.v.m. examens. Nu moet ik deze dagen dus wachten en kan ik er vrijdag pas naar toe. Hopelijk kan ik dit dus een volgende keer de ervaringen op de Primary School met jullie delen.

Welcome to Paradise

De reis begint al goed. Staat het vliegtuig om 10.15 klaar om te vertrekken, zijn er problemen met de motor.. Fijn als je eigenlijk vliegangst heb gehad en dit eigenlijk niet 100% weg is. Gelukkig konden we na een uur vertrekken met een iets kortere reistijd dan verwacht, kwam ik met een kleine vertraging van 20 minuten aan op Kilimanjaro Airport. Daar stond de chauffeur van het hotel wat ik voor de eerste nacht had geboekt in Arusha netjes op me te wachten.


Ook al is het een ander land in Afrika, het is alsof ik niet weg ben geweest. Als je het vliegtuig uitstapt, stap je de sauna. De sterrenbeelden, inclusief het steelpannetjes, staan op zijn kop. Het verkeer is zonder stoplichten, verkeersborden en aan de linker kant. Het communiceren in het verkeer gaat via knipperlichten. Doe je de rechter aan, geef je aan de voertuigen achter je dat ze niet kunnen inhalen. Er is namelijk tegenliggend verkeer. Doe je de linker aan, geef je aan ze je kunnen inhalen. Voorrangregels hebben ze ook niet echt, wie brutaler is gaat voor. Het is niet dat iedereen zich hieraan houdt, maar goed, in Nederland worden de knipperlichten ook niet altijd goed gebruikt toch?
Aangekomen in een simpel hotel in Arusha voor een rustige nachtrust, waar ik om 5 uur ’s ochtend verrassend gewekt werd door gezang van een moskee. De gedachte nadat het gezang was afgelopen dit ook echt afgelopen was, begon dit 10 minuten later wéér, en wéér..

De volgende na weer een heerlijk Afrikaans koude douche gehad te hebben werd ik door de chauffeur naar Arusha Airport gebracht voor een binnenlandse vlucht naar Zanzibar. Dan denk je, het vliegveld van Eindhoven of Rotterdam is klein. Ik kan je vertellen dat deze een stuk kleiner is. Geen deuren, ramen en alles is open. De wachtruimte is dan ook in de buitenlucht. Vliegtuigen die hier landen zijn dan ook niet groot, sommige zelfs heel klein. Na een toch hobbelige vlucht omdat het een klein beetje bewolkt was dan eindelijk aangekomen op Zanzibar. Ook dit vliegveld is niet veel groter en je koffer wordt niet op een band gelegd, maar op een balie.
Ook hier stond de chauffeur van het resort wat ik geboekt had netjes op me te wachten en na een halfuur rijden daar aangekomen.

Nu ben ik bekend in de hotel wereld en weet ik wat er fout kan gaan en werd ik netjes apart genomen om alles door te nemen, paspoort af te geven en formulieren in te vullen. Maar vragen naar een credit card? Nee. Ook al heb ik de boeking via internet gemaakt, dit werd niet gecontroleerd. Nou mam, dat je het weet, ik heb die van jou kunnen gebruiken in plaats van de mijne ;). Maar goed, hier gaat dus alles op goed vertrouwen.
Aangekomen op de kamer keek ik me ogen uit. Zoals veel weten hecht ik niet zo heel veel waarde aan luxe en ben ik niet iemand die van 8 daagse strandvakanties hou, maar dit is dan toch wel een keer prachtig om mee te maken. Een prachtig uitzicht vanuit de kamer op de Indische oceaan, grote kamer met airco die al aan stond en 2 keer per dag worden je handdoeken verschoond. Een groot resort met verschillende restaurants een privé strand en 3 zwembaden. En dan heb ik als waterrat ook maar gelijk een duik genomen in het zwembad.
De mensen die hier werken zijn ook stuk voor stuk ontzettend aardig en wat heerlijk voor ze om te zien dat ze zich niet druk maken of haasten en alles komt wel. Lieve Inntelianen, voelen jullie het al? Kon dit ook maar voor ons anders! ;)

Na een frisse nieuwe dag heb ik bij de conciërge een tour geboekt om de volgende dag naar Stone Town te gaan en Prison Island. Deze dag heb ik verder besteed door naar het privé strand te lopen om vervolgens de Indische oceaan in te lopen. Overdag tot een uur of 3 is het eb en is de zee dus een stuk verder. Zo zie je al het koraal, zeewier, zee-egels en zeesterren liggen, waar je gewoon doorheen kan lopen. Ik werd vergezeld door een lokale man, er werd al gewaarschuwd dat deze mannen proberen om je over te halen om een tour bij hun te boeken. Dit op eigen risico, de veiligheid is niet gegarandeerd. Maar goed, het was even leuk om met iemand van de lokale bevolking te spreken en ondertussen kon hij me alles vertellen wat er in de grond zit.
Na deze wandeling ben ik lekker lui langs het zwembad gaan liggen om toch even wat zonnestralen te pakken. Ik heb zelfs nog de moeite genomen om te sporten in deze warmte. Ondanks de airco zweet je wel 2 keer zo hard.

Op deze laatste volle dag op Zanzibar ben ik om 9 uur in de ochtend vertrokken met een gids en chauffeur naar Stone Town. Op een warme dag als deze met 32 graden is het best warm om langere broeken te dragen. Dit uit respect voor de cultuur van Afrika, jammer dat veel toeristen zich hier niet aan houden en lekker in hun hotpants rondhuppelen. Hier wonen ook veel islamieten die van top tot teen bedekt zijn.
Begonnen bij de Slave Market wordt je toch ook echt weer even met beide benen op de grond gezet en hoe mensen vroeger behandeld werden. Mensen werden vroeger hierheen gebracht voor de veiling van slaven. Deze veiling was 2 keer per week en de rest van de tijd zaten ze in een zogenoemde Slave Chambers. Mensen werden geslagen of erger om te zien hoe sterk ze waren, of terwijl, hoe goed ze als slaaf zouden kunnen zijn. En dan werden ze ook nog met heet ijzer gemerkt om te laten zie van wie ze slaaf zijn.
Na een kort bezoek aan een kathedraal, zijn we de stad door gelopen. Kort over de lokale markt waar vis, vlees, groenten en specerijen worden verkocht. Dit laatste staat Zanzibar bekend om. Stone Town heeft kleine straatjes waar geen auto tussen past maar wel de brommers. Je moet dus opletten, want ze maken hier gewoon gebruik van. We zijn nog langs een tempel gelopen waar de grote legende Freddie Mercury zijn gebeden deeden ook nog langs zijn huis.
Na de stadstoer zijn we met een soort luxere vissersbootje naar Prison Island gevaren, over een helder blauwe oceaan. Prison Island is een klein eiland net voor de kust van Stone Town, wat ze wilde gebruiken voor gevangen. Echter is het hier nooit tot gekomen en werd het als een soort ziekenhuis gebruikt. Op dit kleine eiland vind je de witte stranden en grote schildpadden die wel tot in de 130 jaar zijn, of zelfs ouder. Prachtige beesten (vegetariërs, yeah!) die met een zwaar schild enveel geduld rondlopen en totaal niet gevaarlijk zijn voor mensen, tenzij je zo’n 10tonner per ongeluk boven op je gaat zitten..
Vanaf de ‘gevangenis’ heb je nog een prachtig uitzicht over de Indische blauwe oceaan. Dit is nu een resort en wordt gebruikt als restaurant. Toch ze je nog een aantal dingen die ze hadden gemaakt voor de gevangenis, maar nooit is gebruikt. Na een verkoelende tocht terug nog even weer van de laatste zonuren kunnen genieten in het resort in Zanzibar.

Morgen vlieg ik weer terug naar Arusha waar het allemaal echt gaat beginnen. Na deze luxe en ontspannende dagen heb ik hier heel veel zin in!

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Doingoood